Onverhoorde gebeden …

Schriftlezing: Lucas 11:1-13 - 2 Korinthe12:1-10
Datum: 19 november 2017
Download PDF


1. Ervaring

Een herinnering. Vrouw in gemeente, die boek van Bill Hybels over gebed had gelezen: ‘Te druk om niet te bidden’. Ze was boos en verontwaardigd over iets wat hij had geschreven over onverhoorde gebeden.

Wat schreef hij? Als het gaat om de vraag waarom mijn gebeden niet verhoord worden, gebruik ik voor mij de volgende richtlijn:

– Als de vraag fout is, zegt God: ‘Nee’.

– Als het tijdstip fout is, zegt God: ‘rustig aan’.

– Als ik fout ben, zegt God: ‘Je moet nog even groeien’.

– Als echter de vraag goed is, het tijdstip goed is en ik ‘goed’ (gehoorzaam) ben, dan zegt God: ‘OK’.

Dat is een helder antwoord, maar ik denk dat de zuster het te zakelijk vond, misschien wel een gebrek aan respect voor God, in ieder geval: ze voelde zich niet serieus genomen, in haar nood en worsteling denk ik.

Dat is precies ook het spanningsveld als het gaat om onverhoorde gebeden. Je zit er zelf vaak heel diep in. Het gaat om mensen met wie je zeer verbonden voelt, het betreft situaties die moeilijk en ingewikkeld zijn. Het gaat je niet in de oude kleren zitten, want

– Je bid al zo lang voor je onbekeerde man of een van je kinderen, maar niets wijst erop dat hij of zij open staat voor God

– je bid al zo lang voor een nieuwe baan, maar deze week had je de zoveelste afwijzing

– je bid al zo lang voor de gezondheid van iemand van wie je zielsveelt houdt, maar ze geneest niet

– je bid al zo lang voor de leiding van God, maar Hij spreekt maar niet

– je bid al zo lang voor een opwekking in de gemeente

Wat zou het mooi zijn geweest als God het gebed had verhoord, als hij in die situatie zou ingrijpen, dan zou iedereen zien hoe machtig Hij is, dat zou toch een prachtig getuigenis zijn naar buiten en naar mensen die niet geloven. Wij hebben een God die wonderen doet.

Maar met het uitblijven van verhoring van gebed, bekruipt je tegelijk een gevoel van teleurstelling en soms denk je bij jezelf: bidden, haalt dat nog wat uit? Waarom zou ik het eigenlijk nog doen?

Eigen ervaring als dominee: bidden voor zieken, zonder voor het oog weinig resultaat.

In mijn eigen leven: periode van lichamelijke zwakte, die je niet begrijpt, waar je vinger niet achter krijgt, op het moment althans niet.

Natuurlijk zijn er ook gebeden die God verhoort. Deuren die wel open gaan, Mensen die zich met elkaar verzoenen. Genezing of bevrijding die plaatsvindt. Maar toch is het wel vaak zo, dat situaties waar het antwoord van God uitblijft, onverhoorde gebeden, toch meer impact op je hebben dan de verhoorde gebeden. Het is met een wit a4tje met een zwarte stip: je ziet gelijk de stip en al het wit verdwijnt naar de achtergrond.

2. God antwoordt het gebed

2a. Onverhoorde gebeden. Ze staan zo in contrast met wat de Here Jezus in Lucas 11 zegt. Het bijbelgedeelte dat we hebben gelezen is juist heel stellig als het gaat om verhoring van het gebed. Kijk maar naar vers 9 en 10: bid en je zult ontvangen. Zoek en je zult vinden. Klop op de deur van God en Hij zal voor je open doen. Duidelijkere beloften kun je niet krijgen.

Beloften die Jezus geeft aan zijn discipelen die onderweg zijn. Vragen, zoeken en kloppen. Op de weg die zij achter Jezus gaan, zullen er tekorten, behoeften en aanvechtingen zijn. Maar ze mogen juist in vertrouwen bidden tot hun Vader in de hemel. Hij weet wat ze nodig hebben en zal het hun geven.

2b. Jezus onderbouwt deze beloften nog door ze in vers 11 en 12 te wijzen op de aard van hun hemelse Vader. Wie is Hij voor ze? Welk beeld mogen ze van Hem hebben? Ook dat is een belangrijk aspect van het gebed. Welk beeld heb je van God als je bidt. Zie je Hem als een afstandelijke God, die hoog verheven is boven het aardse gebeuren. Zo heilig dat je als zondig mensenkind nauwelijks tot Hem durft te naderen, laat staan iets te vragen? Jezus zegt: als je bidt, zie Hem als een Vader. Zo leerde Hij zijn discipelen bidden: Onze Vader in de hemel. Er is respect en ontzag vanwege de majesteit van God, maar er mag dankzij Jezus ook vertrouwelijke omgang zijn. Je mag Hem zien en aanspreken als je hemelse Vader. Zoals dat bij een vader (of moeder) het geval is, je mag komen met alles wat je bezig houdt!

En wie zou als vader (of moeder) iets schadelijks geven aan zijn kinderen? Als je vraagt om brood, geeft Hij je toch geen steen? Als je Hem vraagt om een vis, geeft Hij je geen slang? Als je Hem vraagt om een ei, geeft Hij je geen schorpioen. Vaders willen toch het beste voor hun kinderen? Je gaat als ouders je kinderen toch geen kwaad doen of iets geven wat slecht voor ze is?! Nee, dat doet je niet. Zo is het ook met God. Als je hemelse Vader heeft Hij altijd het goede met je voor en zal Hij je niets geven wat slecht voor je is.

Dus de Here Jezus voort een sterk pleidooi bij zijn discipelen voor het gebed. God is een hoorder van het gebed. Als een Vader verlangt Hij ernaar zijn kinderen te geven wat ze nodig hebben.

Toch is het ook een feit dat lang niet al onze gebeden verhoord worden. Hoe kan dat dan? Dat staat zo in contrast met wat Jezus hier zegt. Nou daar zegt de Bijbel ook iets over. Er kunnen redenen zijn dat God je gebed niet verhoort. Ik noem er vijf.

3. Wat in de weg kan staan

(a) niet volharden in gebed

Vaak denken we dat als we één keer iets vragen aan God, dat dat genoeg is. God weet immers wat we nodig hebben. Waarom zouden we dat herhalen. Anders lijkt het op zeuren.

Toch spoort de Bijbel ons aan om in het gebed te volharden (Rom. 12:12). Om aanhoudend te bidden en niet te snel op te geven. God vraagt van ons dat we laten zien dat wat we vragen ons echt aan het hart gaat.

Daarom vertelt Jezus in Lukas 11 die korte gelijkenis. Over iemand die midden in de nacht bezoek ontvangt van een vriend, maar niets heeft om aan hem voor te zetten. De oosterse gastvrijheid verplicht hem goed voor gasten te zorgen. De man gaat gelijk op pad en gaat bij een goede kennis of vriend langs. Ook al is het midden in de nacht en ligt ieder een daar te slapen, hij klopt of belt aan. Je stelt het je voor. Dat het een tijd stil is. Dan klinkt er gestommel. Een slaperige stem vraagt wat er aan de hand is en waarom hij zo laat aanklopt. De man is niet genegen iets te doen, want hij maakt iedereen wakker. Maar de man die aanklopt gaat net zo lang door totdat hij krijgt wat hij nodig heeft. Jezus gebruikt in vers 8 het woord onbeschaamdheid. Het Griekse woord anaideia betekent vrijpostigheid, drammerigheid. De man blijft maar aanhouden. Hij laat zich niet wegsturen.

Precies dat punt haalt Jezus naar voren. Niet dat God op een slaperige vriend lijkt, maar Jezus moedigt zijn discpelen een soort heilig durven aan, een aanhoudend vragen, een zoeken dat weigert op te geven. Bidden is kloppen op de deur bij God, op Zijn genadetroon, totdat je ontvangt wat je nodig hebt. Waarom? Als gelovigen leven we in oorlogstijd. Er is een strijd gaande met de machten van de duisternis. Jezus roept ons op om te bidden voor de wereld en de voortgang van Zijn Koninkrijk, om vrede en verzoening, wijsheid en recht, voor wat je familie, vrienden, naasten en collega’s nodig hebben.

Daarom is volharding nodig. Net zoals de weduwe van Lucas 18 die bij de rechter aandringt en aandringt totdat ze ontvangt wat ze vraagt. Vrijmoedig en vrijpostig. Net als Abraham die bad of God Sodom wilde sparen. Net als Jacob bij de Jabbok aanhouden bij God: ik laat U niet gaan, tenzij gij mij zegent. Of de profeet in Jesaja 62 God zoekt mensen die op de bres staan voor de stad en het land: gun jezelf en God geen rust. Bid zonder ophouden. Heel vaak stoppen we te snel.

(b) verkeerde gebedsvragen

Het kan ook zijn dat we de Here God om verkeerde dingen vragen. Toen Jezus op de berg van de verheerlijking in zijn volle glorie verscheen aan Petrus, Jakobus en Johannes, zei Petrus tegen Jezus: ‘Heer laten we hier onze tent op zetten’. Petrus wilde op de berg in de gloria blijven, maar beneden in het dal was nood en mensen die gered moesten worden. Daar moesten ze naar toe.

Toen Jezus met zijn discipelen door Samaria trok, en zij Hem niet wilde ontvangen, vroegen ze Hem: ‘Meester, zullen we aan God vragen of Hij vuur uit de hemel op deze mensen laat neerkomen’. Het was een verkeerd gebed.

De vrouw van de bekende evangelist Billy Graham zei eens: ‘als God al mijn gebeden had verhoord, was ik drie keer met de verkeerde man getrouwd’. Dat kan dus.

Jakobus zegt in 4:3 ‘U bidt wel, maar u ontvangt niet, omdat u verkeerd bidt, met het doel het in uw hartstochten door te brengen’. Het kan zijn dat wat we vragen aan God iets is, wat we zelf heel graag willen. Hoe makkelijk kan ons gebed draaien om onze eigen behoeften en verlangens? Maar als gelovigen zullen we bereid moeten zijn alles op het altaar van God te leggen. Zoals de Here Jezus dat ook deed: ‘Niet mijn wil, maar Uw wil geschiedde’. Het is dus van belang dat we geen verkeerde dingen aan God vragen. Dat onze motieven zuiver en niet egoïstisch zijn.

Here God wilt u die ander veranderen, want ik heb zo’n moeite met zijn of haar karakter. Terwijl we zelf misschien moeten groeien in geduld en liefde. Verkeerde vragen.

Hoe weet ik of ik niet iets verkeerds vraag? Nou door bij ons gebed de vraag te stellen: als God mijn verzoek inwilligde

– zou Hij erdoor verheerlijkt worden?

– zou het Zijn Koninkrijk dichterbij brengen?

– zouden er mensen door geholpen worden?

– zou het me helpen om geestelijk te groeien?

Wanneer we onszelf dwingen deze vragen te stellen, kan het ons gebed reinigen van verkeerde intenties en verkeerde vragen.

(c) zonde kan een belemmering vormen

Het kan zijn dat je geen verhoring van je gebed ervaart, omdat er zonde in je leven is. In de bergrede zegt Jezus bijvoorbeeld over vergeving, dat als je mensen hun overtreding niet vergeeft, de Here ook jouw overtredingen niet zal vergeven (6:15). Soms kan een conflict of onverzoende relatie in de weg staan.

Of denk aan Psalm 32, waar de dichter in een situatie van overspel verkeerde en dat eerst verborgen hield. Hij werd er ziek van. Ging er aan onderdoor. Pas toen hij zijn zonde beleed, kwam er weer ruimte naar God toe. Na de vergeving kwam de belofte: ‘mijn oog zal op je zijn, Ik zal je raad geven.’ De lucht was geklaard.

Petrus zegt in 1 Petrus 3, dat mannen verstandig moeten leven met hun vrouwen, opdat hun gebeden niet verhinderd worden. Onenigheid in een relatie belemmert het gebed.

Als je in zonde leeft, als er dingen in je leven niet goed zijn, moet je er dus mee breken, het aan God belijden, en je zult merken dat er zomaar een doorbraak in je leven kan plaats vinden wat het gebed betreft.

(d) er kan duivelse tegenstand zijn

Misschien heb je de deur opengezet voor occulte zaken, kijk je verkeerde films of luister muziek die wat boodschap niet goed met de boodschap van de Bijbel of met het christelijk geloof verenigbaar is, ook dan kan je gebed belemmerd zijn. Als de duivel een voet aan de grond heeft in je leven, dan verstoort dat de omgang met God. Dan beïnvloedt dat de gemeenschap met Christus, waardoor Gods antwoord uitblijft. Je zult dan eerst bevrijding moeten zoeken, en wat de duivel aanleiding geeft om je te hinderen, moet je verwijderen uit je leven, je huis, of van je telefoon.

We moeten er rekening mee houden dat ondanks de overwinning die Jezus op de duivel heeft gehaald, alles nog niet aan God is onderworpen. Op aarde is de vijand nog steeds actief. Hij kan de verhoring van het gebed saboteren. In het boek Daniël moest Daniël 21 dagen op de verhoring van zijn gebed wachten, omdat de engel die de boodschap van God zou overbrengen, tegengehouden werd door een demonische vorst. De bijbel laat zien dat satan het werk van God kan verstoren en ook de verhoring van het gebed kan tegenhouden.

(e) een middel om te groeien

Soms stelt God iets uit of verhoort Hij ons gebed niet, omdat Hij wil dat we groeien. Omdat Hij ons karakter wil vormen. Zodat we volharding, vertrouwen, geduld of nederigheid leren. Dat is wat we zien bij Paulus in de tweede schriftlezing. Paulus had in zijn bewogen leven veel meegemaakt. In het hoofdstuk dat we lazen heeft hij bijzondere visioenen en gezichten gehad, waarin God hem iets van de hemelse heerlijkheid liet zien. Iets waarop hij zich natuurlijk zomaar zou kunnen beroemen. Zeker met alle kritiek die hij had gekregen. ‘Maar God gaf mij tenminste hemelse openbaringen’ … Maar nee, daar was die doorn in zijn vlees. Iets waar hij voortdurend last van had. Wat hem kwelde. Een engel van satan. Een demon die hem steeds weer met vuisten slaat en klein houdt.

Wat de doorn is, weten we niet, er is veel overgeschreven, maar ik denk dat het een lichamelijk gebrek moet zijn geweest. (in het vlees, dat is lichamelijk). Ik vermoed dat het een oogkwaal geweest is. Denk aan:

– drie dagen blind na zijn ontmoeting met Jezus

– bezoek Galaten vanwege ziekte, 4:15: jullie hadden mij jullie ogen wel willen geven, zo slecht was ik er aan toe

– Hand. 23 Paulus staat voor het sanhedrin, verdedigt zich fel als hij wordt geslagen, maar had niet gezien dat de hogepriester tot hem sprak

– slot van brief Gal. 6:11 kijk eens met wet een grote letters ik u met mijn eigen hand schrijf.

Een geweldige lastige handicap voor zijn werk. Paulus had er voor gebeden, maar God had de doorn niet weggenomen.

Drie keer voor bidden. Dat kan symbolisch zijn voor heel veel keren. Kan ook drie keer heel bewust zijn geweest. Driekeer, dat is de volheid van het gebed. Paulus had zijn nood bij de Here gebracht. God die bij machte was om hem tot in de derde hemel op te trekken, maar hier gebeurt er niets. De doorn bleef. Maar God had wel tot hem gesproken. Vers 9: Hij heeft tot mij gesproken. Paulus kreeg een persoonlijk antwoord: mijn genade is voor u genoeg. De volheid van God die hij in de hemel heeft gezien, komt nu in de genade naar hem toe. Het is Gods kracht die hij ontvangt. Juist in zijn zwakte en kwetsbaarheid zal Paulus ervaren wat de belofte van Gods nabijheid en kracht inhoudt. God staat zijn dienaar persoonlijk bij. Het is als met de schat in aarden vaten. Door de breuklijnen heen van het vat, van je gebrokenheid, schittert het licht van God. Paulus leert op de leerschool van de Geest dat zijn kwetsbaarheid geen handicap is, maar een middel dat God inzet, een venster waardoor heen God in deze wereld werkt.

Het kan dus zijn dat God ons liever zwak en kwetsbaar ziet, omdat Hij ons dan beter kan gebruiken, omdat Hij dan meer van Zichzelf aan ons kwijt kan, omdat we dan meer afhankelijk van Hem zijn. Dat is misschien wel de moeilijkste categorie. Dat God door het lijden en gebrokenheid heen je karakter vormt. Dat hij het kwade dat er is, op deze manier ten goede keert.

Gemeente, voor alle duidelijkheid: let er op dat we nooit tegen andere zeggen: nou dat zal God wel gebruiken om je iets te leren. Nee, het is iets wat je zelf moet ontdekken in de weg die God met je gaan. Vaak door veel worsteling heen. Daarom dat persoonlijke antwoord van God: Hij heeft tegen mij gezegd. Alleen God zelf kan dit aan je duidelijk maken.

4. Hoe lang gaan we door met bidden?

Ik besef heel goed, dat met deze vijf overwegingen lang niet al onze vragen opgelost. Er zijn gebeden voor onszelf, voor onze kinderen of anderen, die oprecht zijn, en in lijn met de Schrift, en toch lijkt God die niet te verhoren? Althans voor ons niet zichtbaar.

Getuigenis Jim Eliot. Ecuador. Auca Indianen.

Of neem het verhaal van Naomi. Als ze vanwege hongersnood verhuist met haar man en twee zoons naar Moab. Ze bouwen daar een nieuwe bestaan op. Haar zoons groeien op en trouwen daar. Alles lijkt voorspoedig te gaan, maar dan overlijdt haar man Elimelech, en later haar twee zoons. Wat denkt u, zou Naomi niet gebeden hebben voor de genezing van haar man en daarna haar twee zoons? Zal ze de hemel niet bestormd hebben? Als een verbitterde vrouw (noem mij maar Mara zegt ze) keert ze terug naar Bethlehem. Ze is alleen en heeft geen nageslacht. Alleen nog een schoondochter. Deze Ruth trouwt met Boaz en ze krijgen een zoon die Obed heet. Deze Obed krijgt een zoon, genaamd Isaï en Isaï krijgt acht zonen. Een daarvan is David. Eeuwen gaan voorbij en uiteindelijk wordt Jezus geboren. Toen de gebeden van Naomi onbeantwoord bleven, had ze geen flauw benul dat God door ging met zijn verlossingsplan.

Toch heeft God de gebeden van Naomi wel gehoord. Hij heeft ze ingepast in Zijn grote plan. Dat betekent dat we soms moeten leven met onze vragen en waaroms. Daar hint Paulus op als hij spreekt in 1 Korinthe 13 over dat wij door middel van een spiegel in een raadsel kijken. Hij bedoelt: we kijken in een wazige spiegel, ons leven is omgeven met raadsel.

Dan rest ons niets anders dan vast te houden aan Gods beloften. Dan rest ons niets anders dan ons met onze vragen in de handen van Jezus te werpen.

Ik hoop dat deze dienst, ondanks de vragen die u of jij heeft, toch een aansporing mag zijn om niet op te geven in uw gebed, om dwars door alle teleurstelling heen, God niet los te laten totdat Hij u of die ander zegent.

Ja zegt u, hoe lang moet ik daar dan mee doorgaan? Doet wat Paulus deed. Paulus stopte zijn gebed, niet omdat hij al drie keer had gebeden, maar omdat God zelf tegen hem zei: mijn genade is genoeg. Het is genoeg Paulus, Ik zal je mijn kracht geven om met die doorn je weg te vervolgen. Ik zal het vruchtbaar maken voor mijn koninkrijk.

Je mag stoppen met bidden, als God de gebedslast van je hart neemt, als Hij tot je spreekt. Maar zo lang Hij nog niet gesproken heeft, wees dan volhardend in het gebed.

5. Een altijd verhoord gebed

We mogen en kunnen dat doen, omdat God ons een belofte heeft gegeven. Jezus zegt in Lucas 11: ‘hoeveel te meer zal de hemelse Vader de heilige Geest geven aan hen die tot Hem bidden.’ Als je God zoekt in gebed, met de nood die er leeft in je hart, God vervult niet al onze wensen en gebeden, maar deze belofte wel altijd: Hij geeft ons de heilige Geest om het vol te houden. Dat is niet dat Hij je maar de heilige Geest geeft. Als een soort troostprijs. Nee, in de heilige Geest komt God zelf je leven binnen, komt Hijzelf die situatie binnen waarvoor je bidt.

In de gebrokenheid komt Hij zelf. Hij draagt ons van binnenuit. Hij zegt tegen ons: Ik ben erbij. Niet zijn handen, maar God geeft Zijn hart.

If you can’n trace His hands, trust His heart.

Als je Zijn handen niet opmerkt, vertrouw dan Zijn hart. Zijn hart klopt vol liefde en bewogenheid. Dat heeft Hij in de Here Jezus laten zien. Dan kun je verder. Amen.