Een moedige keuze?!

Schriftlezing: Lucas 18: 28-30 - Lucas 22: 31-34
Datum: 20 maart 2016
Download PDF


1. Stem niet op mij?

Stel je voor: het is verkiezingstijd, politici maken reclame voor hun partij en een van hen zou de volgende boodschap brengen: als je op mij stemt, zul je meer belasting moeten betalen, loop je het risico je baan te verliezen, je raakt je huis misschien wel kwijt, je zult veel wat kostbaar voor je is kwijtraken, zou je dan op hem of haar stemmen? Nee, ik denk het niet. Als er niet een hoger doel is, als er niet iets tegenover staat, wat kostbaarder is, dan zal geen mens er over peinzen op deze persoon te stemmen.

Of stel je voor dat een kerk reclame maakt voor een Alpha-cursus, om kennis te maken met het christelijke geloof, en op de poster zou vermelden: wij dagen je uit om deel te nemen, maar je moet er wel rekening mee houden dat je je familie: je ouders, je broers en zussen, je echtgenoot en kinderen kunt kwijt raken. Zouden mensen daar belangstelling voor hebben? Nee, ik denk het niet. Dat lijkt eerder op een gevaarlijke sekte. Daar hebben we slechte ervaringen mee. Mensen kunnen zo in de ban van een charismatische leider komen, dat ze er alles voor op zij zetten, zich soms diep in de schulden steken, maar het eind van het verhaal is er meestal diepe teleurstelling en enorme ontgoocheling. Nee, zo’n cursus zouden we mijden. Bij die kerk zouden we denk ik niet willen horen.

Maar is wat de Here Jezus hier in Lucas 14 doet niet hetzelfde? Het lijkt erop dat Jezus mensen afhoudt om Hem te volgen. Waarom zou Hij dat doen? Wat is hier aan de hand?

2. Radicaal onderwijs!

Nou Lucas vertelt dat een grote menigte van mensen met Jezus optrekt. Ze hebben gehoor gegeven aan zijn uitnodiging. Want even ervoor heeft Jezus een gelijkenis vertelt over een grote maaltijd, waarvoor mensen waren uitgenodigd. Maar de een na de ander komt met excuses: ik heb een akker gekocht en nu geen tijd. De ander: ik heb een paar koeien gekocht en moet voor ze zorgen. Weer een ander: ik ben net getrouwd en kan nu niet komen. Dan nodigt de Heer iedereen uit die wel wil komen. En de armen, kreupelen, verminkten, en blinden van de stad geven gehoor aan de uitnodiging. Mensen met een verleden, met zonden en wonden, zijn de bij de Here Jezus welkom. Hij wil hun Redder en Heiland zijn.
En dan reist Jezus weer verder. De mensen hebben de boodschap begrepen. Jezus wijst dus niemand af. Wie of wat ook je verleden is, wat je ook hebt gedaan, God weet er raad mee. En de mensen proeven in de woorden van Jezus de liefde van God. Hier is iemand die echt om ze geeft. Hier is iemand die mensen helpt om in het reine met God te komen. Hier is iemand die mensen verlost van zonde en schuld. Hier is iemand die genezing en heling brengt in gebroken levens. De mensen laten zich geen twee keer gezeggen en gaan achter Jezus aan. Prachtig om te zien! Die bonte menigte van mensen die Jezus willen volgen. Je zou er als kerk toch blij mee zijn, als er zoveel belangstelling is voor het christelijk geloof. Als mensen geïnteresseerd zijn in de Here Jezus. Dan doe je je best om ze te helpen. Dan zorg dat er geen obstakels zijn.

Maar wat doet Jezus hier? Hij draait zich om naar al die mensen, en zegt dan tegen hen: (a) (vers 25) als je je vader en moeder, je vrouw en kinderen, broers en zusters niet haat, dan kun je mijn discipel niet zijn. Het woordje ‘haten’ moet ons nu niet op het verkeerde been zetten. Jezus predikt niet dat je je familie moet haten. Haten betekent hier – zoals Mattheus het weergeeft – liefhebben boven Mij, belangrijker vinden dan Mij. Je kunt je naaste familie niet belangrijker vinden dan Mij. Daarmee bedoelt Jezus: je familie, hoe belangrijk die ook voor je is, die mag je niet verhinderen om de weg met Christus te gaan. Ook al staan je naaste familieleden of je ouders er niet achter of begrijpen ze het niet, als je in je hart de roepstem van de Here Jezus hebt gehoord, dat moet je die volgen. Je moet je door de weerstand niet laten tegenhouden. De keuze voor de Here Jezus gaat voor.

En Jezus voegt er nog twee opmerkingen aan toe: (vs 27) (b) wie zijn kruis niet draagt en achter Mij komt, kan geen discipel van Mij zijn. En kruis betekent hier, dat je bereid bent het onbegrip van mensen te verdragen, de spot misschien, de minachting. Dan hoort er namelijk bij als je in Jezus gelooft en Hem volgt. En in vers 33: (c) als je niet bereid bent afstand te doen van alles wat je hebt, kun je geen discipel van Mij zijn.

Waarom doet de Here Jezus dat? Dat zijn hele radicale woorden. Laat niets en niemand je ervan weerhouden om Mij te volgen! Legt de Here Jezus met deze uitspraken de lat niet erg hoog? Is dit nu nu de manier waarop je belangstellende mensen tegemoet moet treden? Dat is toch veel te radicaal? Wie kan dat eigenlijk? Wie wil dat dan nog? Dan zal toch niemand meer overblijven?

En de Here Jezus voegt er nog twee voorbeelden aan toe. Als je een toren bouwt, denk dan goed na over de kosten. Je moet het bouwwerk wel kunnen voltooien. Ja dat begrijpen we wel. Als je een huis bouwt, maak je een plan, een tekening en een begroting. Je denkt er van te voren goed over na. Anders komt het niet af en krijg je het verwijt van mensen dat je er beter over na had moeten denken. Datzelfde geldt voor een koning in oorlogstijd. Hij zal niet tegen een ander volk ten strijd trekken, als hij niet de overtuiging heeft de strijd te kunnen winnen. Anders zijn de verliezen te groot. Met andere woorden, als je Mij wilt volgen, denk er dan goed over na. Bereken de kosten. Besef wat het betekent.

3. Waarom zo radicaal?

Waarom is de Here Jezus zo radicaal? Waarom stelt Hij de dingen zo op scherp? Om twee redenen. Een: geloven in de Here Jezus of discipel zijn van Hem, is niet een zaak van enthousiasme, van een opwelling alleen, zo van: nou, dat lijkt me wel leuk om het eens te proberen! Nee, geloven en het volgen van Jezus is een zaak van lange adem, van volharding, iets van heel je leven. Daarom moet je er goed over na denken.

Twee: Omdat er zoveel op het spel staat. Jezus zoekt mensen die bereid zijn een prijs te betalen; mensen op wie Hij kan rekenen. Want weet u wat er op het spel staat? Weet u wat het onderwijs van Jezus zo urgent maakt? Ik zal een voorbeeld geven. We zouden de Here Jezus kunnen vergelijken met de leider van een grote expeditie. Van een reddingsoperatie, die zich een weg moet banen langs een hoge en gevaarlijke bergpas om hulp te bieden. Medische hulp aan de bewoners van een dorp, dat door een aardbeving van de buitenwereld is afgesneden. En hij vraagt of er mensen mee willen gaan. Het is een riskante operatie. Het pad is stijl. De route is gevaarlijk. Er kleven allerlei risico’s aan. Ze moeten hun bagage en balast achter laten en met de leider meegaan om de mensen van het dorp te redden. Als we zo naar de Here Jezus kijken en naar het onderwijs, dan kunnen we Hem wel beter begrijpen. Als de zaken er zo voor staan.

Ja, gemeente, zo staan de zaken ervoor! Jezus zoekt mensen om Hem te volgen. Die bereid zijn met Hem mee te gaan. Want God wil in deze wereld, die gevallen is, mensen redden van de ondergang, van de eeuwige dood, van de wanhoop en de uitzichtloosheid. Daarvoor is Jezus gekomen. Om te zoeken en te redden wat verloren is. En onder al die mensen, die belangstelling hebben, die naar Hem luisteren, zoekt Hij mensen die Hem willen volgen en die in deze wereld Zijn getuigen willen zijn. Die in deze wereld zout willen zijn. Het zout van de aarde. En zout is bedoeld om smaak te geven (dat betekent: dat je in deze wereld getuige bent van de hoop die te vinden is in de Here Jezus en dat je door je leven naar Hem verwijst) en zout is bedoeld om bederf tegen te gaan (dat zijn discipelen de wil van God doen, het goede zoeken in de kracht van Gods Geest).

De Here Jezus vraagt dus aan al die mensen die naar Hem luisteren: kan ik op je rekenen? Wilt je ook als mijn discipel met Mij meegaan? Want er zijn nog zoveel mensen te redden! Vanmorgen stelt Hij die vraag aan ons allemaal: aan jou, die nog geen belijdenis gedaan hebt: zou je Mij willen volgen? Aan U, die jaren geleden belijdenis deed: kan ik nog steeds op u rekenen? En jullie die vanmorgen belijdenis doen, naar jullie is die vraag van de Here Jezus ook toegekomen. Wil je Mijn discipel zijn? We hebben een heel seizoen nagedacht over wat dat betekent. Wat geloven is. Wie de Here God is. Wat de Here Jezus voor ons heeft gedaan. We dachten na over het werk van de Heilige Geest en de kerk. Mooie en diepgaande gesprekken waren het. Kostbare momenten. Maar in dit alles kwam ook de roepstem van de Here Jezus naar jullie toe om in Hem te geloven en Hem te volgen, om zijn getuige te zijn in deze wereld, op je werk, in je vriendenkring, daar waar je woont, leeft en werkt. Jullie hebben ja mogen zeggen. Daar zijn we de Here dankbaar voor.

4. Kan ik dit wel?

Maar misschien komt het vanmorgen wel sterk op je af: zo radicaal, zo volledig toegewijd aan de Here Jezus, durf ik dat wel? Zal ik Hem niet vaak teleurstellen? Ik ben ook maar een zondig mensenkind. Kan ik de Here Jezus wel zo radicaal volgen?

Ja, zegt Petrus een paar hoofdstukken verder. Ik heb alles verlaten en ben u gevolgd. Heer, horen we Hem zeggen, ik ben bereid met u zelf in de gevangenis te gaan en als het moet, dan ga ik met u zelfs mee de dood in. Kijk daar heb je wat aan. Dat zijn mensen die ervoor willen gaan. Jezus zal wel blij zijn met zo’n discipel? Nee, dat is Jezus niet. Maar de duivel is er wel blij mee. Hij wil niets liever dan dat Petrus houvast vindt in zijn eigen kracht en in zijn eigen enthousiasme. Petrus gelooft dat niets Jezus zal kunnen scheiden van zijn liefde. Maar dan wijst Jezus hem terecht. Petrus, als het er echt op aankomt, dan zul je Mij verloochenen. De duivel zal je ziften. Dat is geen opbeuren woord voor van morgen. Want ziften is pijnlijk.

Jongens en meisjes, ziften dat is iets wat de boeren toen deden. Als het graan gezuiverd moest worden. Dan pakten ze een grote zeef. En op de bodem lag de tarwe met zand, kaf, onkruidzaadjes enz door elkaar op een hoop. Eerst schudde hij de bak heen en weer. En door de zeef viel zand en klein onkruidzaad naar beneden en werd weggeveegd. Daarna ging hij in de wind staan en schudde hij de bak op en neer. En het lichte kaf werd door de wind meegevoerd en viel niet terug in de bak. Zo bleef alleen het graan over. Zo zegt Jezus zal de duivel elke discipel ziften. Hij brengt je in stress: iemand zegt wat tegen je wat verkeerd valt. Hij zorgt dat je zonder werk komt en in geldnood zit en biedt dan iets aan net over de rand van wat mag en kan. Hij maakt je bang dat je uitgelachen wordt, niet meer meetelt, gepest zult worden, genegeerd, je promotie kan vergeten, en zet je dan voor het blok: ben jij christen? Hij veroorzaakt crisis in in je huwelijk en laat dan je oog op een andere vrouw of man vallen. Dingen die ons allemaal kunnen overkomen. Die het volgen van Jezus moeilijk maken. Situaties die je met jezelf confronteren en waar je je soms zo voelt tegenvallen en je denkt dit kan ik niet.

5. Ja, omdat Jezus voor je bidt!

Wat is het geheim van het geloof, van het volgen van Jezus? Dat is niet de kracht of het enthousiasme van ons, maar dat is het gebed van Jezus. Dat is het fundament. Dat is de dragende grond die ons staande houdt. Petrus heeft dat mogen ontdekken. Want Jezus zei tegen hem: Ik heb voor je gebeden dat je geloof niet zal ophouden, niet zal bezwijken!Petrus is later door de mand gevallen. Hij bleek niet staande te kunnen blijven in eigen kracht. Maar wat Petrus eerst niet nodig dacht te hebben, blijkt later de grond van zijn redding te zijn. Jezus liet hem niet los, toen Petrus Jezus wel losliet. Dat is het geheim van het geloof. Als dat lijntje van ons naar God dun is, heel dun soms, of dat het breekt, het lijntje van God naar ons dat houdt het wel. Ik heb voor je gebeden Petrus!

Dat woord mogen wij vanmorgen ook op ons betrekken, op jullie die belijdenis doen. De Here Jezus is een Heiland die voor je bidt. Dat is het geheim! En weet u, weet je, de handen waarmee Jezus voor ons bidt, dat zijn doorboorde handen; dat zijn de handen van Hem die naar het kruis is gegaan, die al onze zonden op zich terecht heeft laten komen. Hij die zonder zonde was is door God tot zonde gemaakt, om ons in de zegen van de vergeving te laten delen. Deze Jezus die voor jou en mij aan het kruis wilde gaan, voor mijn falen, en wankelen en twijfelen, deze Jezus is ook degene die bidt, als de hogepriester, als onze Heiland.

Je zegt ja vandaag. Van harte. Je gaat achter de Here Jezus aan. Je wilt Hem volgen. Maar kun je dat? Zul je Hem altijd trouw zijn? Zullen je Hem nooit teleurstellen. Vandaag denk je: ja dat is mijn verlangen, ik wil helemaal voor je gaan, maar diep in je hart weet je ook, dat je dit in eigen kracht nooit zal kunnen. Jullie niet. Wij ook niet.

Maar wij zien op Jezus vanmorgen, dat woord wat Hij zei tegen Petrus, dat is nu het geheim van in Jezus geloven en Hem volgen: dat is het fundament, waarop heel de kerk rusten mag: Ik heb voor je gebeden, dat je geloof niet zal bezwijken. Dat is de bemoediging. Dat is de grond. Wij moeten het allemaal hebben van het gebed van onze Heiland.

Vanmorgen worden worden wij allemaal uitgenodigd om ons ja-woord te vernieuwen. En als we ja zeggen, doen we dat in de wetenschap, dat ons ja-woord gedragen wordt door het gebed van Jezus. Zo kan het. Zo kunnen we samen zingen en belijden: Ik bouw op u mijn schild en mijn verlosser. Ik kan het niet in eigen kracht: niet u volgen, niet in u geloven, maar u geeft wat ik nodig heb, door uw Geest. Als u mij roept, dan kan het toch, omdat u voor mij bidt. Dank u wel Here Jezus. Wij eren u en aanbidden u.

Amen.