Nooit tevergeefs!

Schriftlezing: 1 Korinthe 15:1-20, 55-58 - Psalm 119:97-112
Datum: 12 mei 2019
Download PDF


1. Verrassende insteek (introduction)

Het slot van 1 Korinthe 15 is verrassend. Paulus eindigt dit lange hoofdstuk op een manier die je niet verwacht. Een heel hoofdstuk lang heeft hij gesproken over de opstanding van Jezus en de opstanding van de doden. Hij is ingegaan op vragen en bezwaren die er in Korintheleefden.Wij leven in een vergankelijke wereld, die getekend is door lijden en dood. Maar God heeft in Jezus een nieuw begin gemaakt. Door de opstanding van Jezus is er hoop gekomen. De dood is het einde niet. Er is een leven na dit leven, en wie in Jezus gelooft zal daarin delen. Een leven zonder beperkingen, zonder de ziekmakende invloed van de dood. Een leven in de gloria, waarin God zal zijn alles en in allen.

En wat je dan zou verwachten, is dat Paulus dit hoofdstuk afsluit metwoordenals‘daarom mij geliefde broeders en zusters, houd in alles wat je doet, je oog gericht op de toekomst van God, op de hemel, daarwaarJezus nu is’.Maar dat doet Paulus niet. Paulus richt zijn aandacht niet op de hemel, maar op de aarde. Dat is na dit hoofdstuk best opmerkelijk.

2. Tevergeefse moeite (Page 1: trouble in the Bible)

(de gelovigen in Korinthe ervaren hun inspanningen als tevergeefs)

Waarom eindigt Paulus dit hoofdstuk zo, op deze manier?Nou, de apostel maakt zich zorgen. Hij ziet iets gebeuren in de harten van de mensen wat verlammend is. Iets wat onderhuids doorvreet en alles aantast. Die zorg komen we op het spoor aan het slot van vers 58. Het woordje ‘tevergeefs’. ‘Dat uw inspanning niet tevergeefs is’. ‘Vergeefs’is eigenlijk een heel existentieel woordje. Dat heeft met het hart te maken. Het gaat over de zorg, de angst beter gezegd, dat wat je doet tevergeefs is, zonder vrucht, zonder resultaat.

Paulus probeert dat gevoel te bestrijden. Want die gedachte had zich in de harten van de gelovigen in Korinthe gevestigd. Het is allemaal wel mooi dat geloof, maar straks gaan we allemaal dood. Enwat blijft er dan over van al onze mooie plannen en verlangens. Is al onze inspanning niet te vergeefs. Je kunt nog zo rijk geweest zijn, nog zoveel in je leven bereikt hebben, maar blijft in het grafnietalles achter? Daar zit de allesoverheersende ervaring van de dood in. Het leven in de grote steden was in die tijd geen pretje. Medische voorzieningen waren er weinig. De hygiëne was vaak ver te zoeken. Veel mensen leefden op een kluitje. Kleine huizen, veel armoede. Daardoor konden besmettelijke ziekten snel om zich heen grijpen. De levensverwachting in die tijd was niet bijster hoog. Dus de mensen hadden relatief vaak aan het graf gestaan. En bij het graf ketsen alle mooie woorden over de toekomst en de opstanding af op de harde realiteit van de dood.Moedeloosheid.

En wat het de gelovigen in Korinthe ook niet makkelijk maakte, was de invloed van de Griekse filosofie. Sommige gemeenteleden waren daardoor beïnvloed. Zij meenden, dat ze, doordat de Geest in hen woonde, hun redding al hadden ontvangen, en er was nog één ding dat hen restte, de definitieve verlossing die Christus hen brengen zou. Bij het sterven zouden zeverlost worden van hun lichaam. Want het lichaam doet er niet toe. Het kwaad zit in de materie. Dat gaat allemaal voorbij. Het gaat om de ziel. Er is geen lichamelijk leven na de dood, alleen de ziel leeft voort. Dus waarom zou je in je aardse leven investeren, dat gaat voorbij. Dat is allemaal vergeefse moeite. Zo leefden ze. Dit bestaan doet er niet toe. Leven als een vlucht. Met je hart in de hemel, want de rest doet er niet meer toe. Dit leven is een zinkend schip. Het gaat allemaal voorbij.Daarin moet je niet investeren. Dat is zinloos. Tevergeefse moeite.

De ervaring van lijden en zinloosheid. De stemmen en gedachten van de cultuur om henheen. Het had allemaal een diepe impact in de levens en het geloof van mensen in Korinthe.

3.Vergeefse moeite (page 2: trouble in the world)

(wij ervaren moedeloosheid omdat veel tevergeefs lijkt)

Misschien herken je wel iets vandie vergeefsheid. Wanneer je veel geïnvesteerd hebtin je relatie,veel voor gebeden, zelfs therapie gehad, maar het kwam toch tot een breuk. Je stak veel tijdin je profielwerkstuk op school, maar je kreeg toch een laag cijfer.Je werkte lang aan een onderzoeksproject, maar het werd afgewezen. Vergeefse moeite.

Soms kan zo’n gevoel je bekruipen als je ouder wordt. Wanneer je alles overziet wat achter je ligt, kanzomaarde twijfel toeslaanofhet werk vanjehanden niet tevergeefs was. We verlangen er allemaal naar dat ons leven er toe doet, dat de zegen van God erop rust. Maar soms kan daar die twijfel zijn. Is het wel goedgenoeg? Heb ik gedaan wat ik moest doen?

Is dat soms ook niet de aanvechting in het geloof? Hoezeer je jebest doet, en trouw bentin de kerkgang, in het bijbellezenen het gebed, dat je toch niet verder komt met je twijfels, of dat je blijft hangen in het ‘ja-maar’ geloof. Misschien denk je wel aan de gesprekken die je voerdeals ouderling. Soms was er diepgang, maar o zo vaak bleven deuren en hartengesloten,en kwam je thuis met eenonbevredigend gevoel. Vergeefse moeite.

Je zamelt als diaken geld in voor projecten dichtbij en ver weg. Je helpt mensen in nood. Maar is het niet allemaal een druppel op de gloeiende plaat? Of je krijgt op je werkplek alleen maar negatieve reacties als het over God gaat, terwijl je graag iets wilt delen over de Here Jezus. Je denkt aan je kinderen die andere wegen gaan, ondanks alles wat je in ze hebt geïnvesteerd. Hoe pijnlijk is dat. Of je denkt aan de kerk, die al eeuwen bestaat, maar waarom ziet de wereld er – ondanks alle inspanningen – nog zo onverlost uit?Het lijkt eerder een aflopende zaak te zijn. Dat kan je allemaal geweldigaanvechten. Is niet alles wat we doen vergeefse moeite?

4. Niets is tevergeefs (page 3: grace in the Bible)

(door de opstanding van Jezus is geen inspanning tevergeefs)

Nee, zegt Paulus. Dat is het niet! Door de opstanding van Jezus is geen inspanning tevergeefs. De opstanding heeft juistlaten zien, dat onslevenvoor God van waarde is. Dat Jezus leeft en wij eens met Hem zullen leven, in de gloria, in een leven zonder zonde en dood, als wij Jezus toebehoren door het geloof, maakt ons leven nu niet zinloos. Integendeel. Christus kwam om het leven en de schepping te bevrijden van de zinloosheid van de dood. Dat is de reden dat er hoop is.

Paulus doet er alles aan om die gevoelens van zinsloosheid en vergeefsheid weg te nemen. Dit leven hier en nu is van grote waarde. God is geïnteresseerd in ons hele bestaan: geest, ziel en lichaam. Bovendien, dieGrieksegedachte dat alleen de verlossing van de ziel belangrijk is, is in feite uitermate egoïstisch. Als ik maar verlost wordt uit dit bestaan. Maar die ander dan, die Jezus nog niet kent, die gaat zonderHemverloren, heb je daar dan geen boodschap aan? Maar dat was in Korinthe allemaal buiten beeld. Jammer. Een gemiste kans, want door de opstanding is alles anders geworden. Wat dan?

Nou in ieder geval de drie dingen die Paulus in vers 58 noemt. Door de opstanding van Jezus kunnen wij (a) standvastig en onwankelbaar zijn, (b) altijd overvloedig in het werk van de Heer en (c) zijn onze inspanningen nooit tevergeefs zijn. Laten we even kijken wat Paulus bedoeld. Drie dingen noemt hij.

(a) wees standvastig en onwankelbaar.

Beide woorden hebben met stevigheid te maken. Dat je je niet van je stuk laat brengen. God heeft in Jezus een fundament gelegd. Een bodem onder je leven. Daar mag je op staan. Daar mag je op bouwen. Wat is dat fundament? Paulus noemtdat in de verzen 3-4: Jezus is gestorven voor onze zonden en opgestaan uit de dood. Het kruis en de opstanding. Dat is het fundament waarop je mag staan.

Wat is er aan het kruis gebeurd? Daar heeft Jezus het oordeel van God gedragen. Daar heeft Hij verzoening gedaan voor onze zonden. Dankzij het kruis is een nieuw begin mogelijk. Wie in Jezus gelooft, mag de vrucht van het kruis ontvangen: vergeving, een open hemel; je mag God zelfs je hemelse Vader noemen.We mogen weten dat niets ons meer van de liefde van Christus kan scheiden. Zijnliefde issterker dan de dood.

En de opstanding. Jezus heeft de dood overwonnen. Er zijn getuigen. Het graf was leeg. Hij is verschenen. Dat is écht gebeurd. En daarom mogen we weten dat ook ons leven niet uitloopt op de dood. Dankzij opstanding, hebben we een levende Heer. Met Hem mogen wij nu verbonden zijn en straks, als Jezus komt, mogen wij delen in zijn heerlijkheid.

Dat is het fundament. Daarop mogen we staan. Ja, het is wel nodig om daar steeds aan herinnerd te worden. Er zijn natuurlijk veel dingen die ons van ons stuk brengen. Het lijden. De vergankelijkheid. Ziekte en dood. Stemmen om je heen, die zeggen dat de opstanding gewoon niet voorstelbaar is. Dat we dat symbolisch moeten zien. Dat Jezus voortleeft in de verhalen die zijn volgelingen vertellen. Maar dat we het allemaal niet letterlijk moeten nemen.

Nee, zegt Paulus, er zijn feiten. Er zijn honderden mensen die Jezus na zijn dood hebben gezien. Dat is geen collectieve psychose. Ze leven nog. Vraag het maar aan ze. Op die feiten rust het christelijke geloof. Laten we ons door al die stemmen niet van de wijs brengen. Jezus leeft en dat mag ons fundament zijn. En dan het tweede.

(b) wees altijd overvloedig.

Al hebben gevoelens van vergeefsheid je soms te pakken, je kunt ze bestrijden. Hoe? Door niet statisch te blijven zitten, maar juist in beweging te komen. Dat is de beste manier om twijfel te bestrijden. Net als Israël bij de rodezee. Zodra men de eerste voet in het water zette, begon hetwater te wijken. Zodra je in beweging komt, zul je merkende Here Jezus de Levende Heer is. Zul je merken dat Hij er is.

Let even op het woordje ‘overvloedig’. Dat zit het woord ‘vloeien’ in. Het vloeit over! Stel jeeen bak of emmer voor waar een tuinslang in ligt. De tuinslang loopt en de bak of emmer loopt vol met water. Als het water blijft lopen, stroomt het over de rand heen, de vloerop, en alleseromheen wordt nat. Eris letterlijk een overvloed.

Daar denkt Paulus aan. Waar het hart vol van is, loopt de mond van over. Als tot je doordringt dat je je leven aan de Here Jezus te danken hebt, als je beseft wat Hij voor je heeft gedaan, zal in je leven altijd iets van die overvloed zichtbaar zijn. In dankbaarheid. In toewijding. In inzet. In beschikbaarheid. Niet als plicht, van ‘dat hoort toch’, maar vanwege de genade die je hebt ontvangen. Altijd overvloedig. De Geest zet je aan om te geven, om te delen van wat de Here ontvangen hebt. En om te kunnen geven, is het nodig dat je elke keer weer terugkeert naar Christus. Hij is de bron van liefdeen kracht. Onze handen zijn vaak snel leeg. Onze eigen krachtbronnen zijn beperkt. Maarals we met de Here Jezus verbonden zijn, komt zijn liefde en kracht in ons, en zal het blijven stromen. Overvloeien. Zodat we overvloedig kunnen zijn in het werk van de Heer.

Het werk van de Heer, waar denkt Paulus dan aan? Aan twee dingen.

a. Allereerst aan het doorgeven van het evangelie, de goede boodschap over Jezus. Dat is een opdracht voor ieder van ons. Dat je overvloeit en deelt wie de Here voor je is, wat een geweldige dingen Hij jegeeft, wat Hij kan doen in eenmoeilijke situatie, hoe Hij jou geholpen heeft. Daar je daar iets van doorgeeft.In je woorden enin je daden. Als een soort ambassadeur. Ik hoop dat je dat ook doet. Dat je het niet kunt nalaten te spreken of te zorgen voor iemand, omdat de liefde van Christus je dringt. Omdat Hij het waard is!

b. Het werk van de Heer. Dat is ook breder. Jezus is Heer van deze wereld. Hij is de Koning van het koninkrijk dat komt. Dat is een rijk van liefde en vrede, van genezing en recht, van al die dingen die goed zijn voor mens en dier. De Here Jezus schakelt ons daarbij in. Via het werk dat we doen. Onze betrokkenheid op de politiek. Onze zorg voor de stad, aandachtvoor het milieu. Onze inzet voor recht. Onze diaconale betrokkenheid op mensen. Ook dat hoort bij het geloof. Je kunt niet mensen over de Here Jezus vertellen en niet opkomen voor recht en vrede, niet voor hen zorgen en ze een hart onder de riem te steken. Je kunt niet verzoend worden met God en geen oog hebben voor zieken, armen, gevangenen en vluchtelingen. Het geloof zet je altijd in beweging, om overvloedig te zijn, in het werk van de Heer. We zijn geen toeristen, maar ambassadeurs van de koning. Het gaat erom dat Gods overvloed zichtbaar wordt in de wereld, op al die plekken waar Gods kinderen, leven, wonen en werken.

Altijd overvloedig. Dat is niet: ‘eigenlijk doe ik nooit genoeg, ik moet nog harder lopen’. Nee, het is eerder minder doen, om meer te kunnen betekenen. Minder is meer. Er mag ontspanning zijn. Het werk van de Heer hangt niet van ons af. Hijzelf staat er garant voor. We mogen Hem dienen, met wat we hebben. Maar Hij zorgt voor de overvloed. Hij zorgt voor de zegen.

En dan komen we bij het laatste. Dat is namelijk een geweldige belofte.

(c) geen inspanning is tevergeefs.

Daar eindigt Paulus mee. Veel wat er op aarde is, zal eenmaal vergaan, maar watuit liefde tot Jezus werd gedaan, zal blijven bestaan.

Dat is de belofte. Wij mogen erop vertrouwen dat wat je doet, in afhankelijkheid van de Here,iets zal uitwerken! De taak die je hebt in de kerk. Wat je doet als vrijwilliger of je inzet voor de politiek. God gebruikt onze inzet, hoe gebrekkig het misschien ook was, om er iets goeds uit voort te brengen. Die onbeholpen poging om jevriendin uit te leggen wie God voor u is; onze schamele euro’s voor noden waar er miljoenen nodig zijn. Een eenvoudig woord of een arm om de schouder. Dat mailtje of dat stille gebed– het is niet tevergeefs in de Here.

Want door Pasen komen al die inspanningen in een ander licht te staan. Het is misschien wel net zo onvoorstelbaar als de opstanding zelf, maar wat je doet uit liefde voor Jezus zal blijven bestaan. God neemt het op in Zijn grote plan.Elke daad van liefde, elke minuut die je besteed aan het helpen lopen van een gehandicapt kind, elke daad van zorg enondersteuning van je medemens, elk gebed, elke daad die Jezus’ naam eert in de wereld, elk kunstwerk of muziekstuk dat isgeïnspireerd door de liefde van God en de schoonheid van zijn schepping, elk onderzoek dat waarheid ontdekt over wat God gemaakt heeft, over mens en dier; al die dingen en nog veel meer, zullen door Gods Geest, een plek krijgen inGods nieuwe wereld die komt.

Alles wat we hier en nu – in Christus en door de Geest – doen, is geen verspilde moeite. God heiligt het en neemt het op in Zijn grote plan met deze wereld. Is dat niet wonderlijk. Dat wij door God worden ingeschakelden ons steentje mogen bijdragen. Het blijft een wonder, hoe God dat doet. Maar wat uit liefde voor Hem is gedaan, zal niet verloren gaan.

5Daarom moed houden! (page 4: grace in the world)

(door de opstanding van Jezus is geen inspanning tevergeefs)

Gemeente, neem die aansporing van de apostel mee. Weet u geliefd door God en laat de Here Jezus uw leven regeren. Dat zal zijn zegen erop rusten.

Daarom, geliefde broeders en zusters, wees standvastig en onwankelbaar, altijd overvloedig in het werk van de Heere, in de wetenschap dat uw inspanning niet tevergeefs is in de Heere.

Amen.